Elk jaar kiezen tientallen mensen ervoor om op latere leeftijd alsnog het voortgezet onderwijs in te gaan. Via deeltijdopleidingen of speciaal opgezette trajecten worden zij opgeleid om te gaan werken in de mooiste sector van ons land, het onderwijs. De komende tijd spreken wij wekelijks met iemand die deze keuze heeft gemaakt. Deze week is het de beurt aan de zesentwintigjarige Anouk Doornebos, die zich na haar studie orthopedagogiek alsnog besloot om te scholen tot docent wiskunde. “Toen ik van de middelbare school kwam had ik nooit verwacht ooit voor de klas te staan, maar daar ben ik mooi van teruggekomen. Bijdragen aan de ontwikkeling van kinderen is iets magisch, het geeft zoveel voldoening.”
Het was nooit de insteek van Anouk om in het onderwijs te gaan werken, maar bij toeval rolde zij hier vanzelf in. Tijdens haar eerste studie liep ze stage binnen het basisonderwijs. Daar kwam zij er achter dat het werken met kinderen haar aansprak. “Ik werkte voornamelijk met diagnostiek en minder met de kinderen zelf. Met mijn studie werd ik opgeleid om gedragsproblemen en ontwikkelstoornissen te herkennen bij kinderen, maar nadat die diagnose was gesteld zag ik ze eigenlijk nooit meer. Dat begon aan mij te knagen. Hoe zou het nu gaan met ze? Krijgen ze de hulp die ze nodig hebben? Ik begon steeds meer te beseffen dat het mij leuker leek om langer met scholieren te werken. Dit miste ik bij mijn huidige stage.”
Tijdens haar studie had Anouk een bijbaan op haar oude middelbare school. Daar coördineerde zij de bijlesklassen en hielp ze met de organisatie van de zomerschool, waar kinderen met leerachterstanden de mogelijkheid kregen om extra les te volgen in de vakantie. Toen er op deze school net na het behalen van haar master Orthopedagogiek een vacature vrijkwam voor een trajectbegeleider was haar eerste officiële baan in het onderwijs een feit. “Omdat de school mij al kende en ik natuurlijk een pedagogische achtergrond had werd er gevraagd of ik interesse had in de functie. Zo werkte ik opeens in het onderwijs. Inmiddels was ik er achter gekomen dat het lesgeven mij ook wel interessant leek, dus vroeg ik of er dan naast mijn functie ook de mogelijkheid was om mijn lesbevoegdheid te halen. Hiermee ging de school akkoord en dus startte ik net na het behalen van mijn universitaire studie een tweede opleiding: Docent wiskunde.
In 2018 startte ik tegelijkertijd met drie nieuwe uitdagingen. Drie dagen in de week werkte ik als leerlingenbegeleider, één dag in de week gaf ik les en één dag per week studeerde ik. Ik zou liegen als ik zeg dat dit niet pittig was. Met een deeltijd studie wiskunde moet je één dag in de week naar school, maar er wordt wel verwacht dat je nog zo’n twintig uur in de week aan zelfstudie doet. Er waren weekenden dat ik mijn huis niet uitkwam. Ik had ook nog geen enkele ervaring voor de klas maar werd toch gevraagd om meteen een dag les te geven. Het voordeel was dat ik veel bijles gaf en kennis had op gebied van statistiek en wiskunde. Dat was voor de school genoeg om mij het vertrouwen te geven. Natuurlijk kreeg ik wel gerichte begeleiding en leerde ik veel met mijn opleiding. Dat was ook echt wel nodig aan het begin. Wekelijks kon ik sparren met mijn stagebegeleider en kreeg ik tips en feedback.”
Momenteel zit Anouk in haar derde jaar van de deeltijd opleiding en heeft zij nog een jaar te gaan. Uiteindelijk wil zij naast lesgeven ook startende docenten begeleiden en coachen.” Lesgeven is zo mooi. Het is fantastisch om een bijdrage te leveren aan iemands ontwikkeling. Als je soms ziet hoe enthousiast leerlingen kunnen zijn of als je persoonlijk bedankt wordt na afloop van een les, dan geeft dat zoveel voldoening. Ik wil na mijn studie blijven werken in het onderwijs en wil ook andere docenten gaan coachen. Lesgeven is namelijk niet iets wat je even binnen een week onder de knie hebt. Goede begeleiding is essentieel. Ik zou mensen die de stap naar het onderwijs willen maken dan ook altijd adviseren om naast je studie en stage iets te blijven doen waar je wel al goed in bent. Het klinkt misschien gek, maar na een les moest ik soms echt even bijkomen. Mijn andere werk, waar ik al wel goed in was, gaf mij dan rust en was een ideale uitweg om weer even te ontspannen na een hectische dag. Accepteer dat je als startend docent gewoon vaak moet vallen om sterker op te staan. Dit hoort er allemaal bij.”
Wil jij ook de overstap naar het onderwijs maken? Kom naar een van onze informatiebijeenkomsten om jezelf te oriënteren of vul ons contactformulier in voor persoonlijk advies.
Elk jaar kiezen tientallen mensen ervoor om op latere leeftijd alsnog het voortgezet onderwijs in te gaan. Via deeltijdopleidingen of speciaal opgezette trajecten worden zij opgeleid om te gaan werken in de mooiste sector van ons land, het onderwijs. De komende tijd spreken wij wekelijks met iemand die deze keuze heeft gemaakt. Deze week is het de beurt aan de zesenvijftigjarige Paul Terpstra, die via een speciaal traject aan de Universiteit van Amsterdam binnen twee jaar wordt opgeleid tot eerstegraads wiskunde docent. “Het is onwijs leuk om voor de klas te staan, iedere dag weer kom ik met veel energie thuis. Het is intensief maar zo waardevol. Het lerarentekort is een gigantisch probleem waar we echt wat aan moeten doen. Ik ben blij dat ik nu mijn steentje bij kan dragen,” aldus Paul.
Paul Terpstra werkte eerst jaren bij de Koninklijke Luchtmacht en momenteel bij de Inspectie leefomgeving en Transport van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat. Ondanks dat hij het er altijd naar zijn zin heeft gehad, besloot hij twee jaar terug toch dat hij nog een keer iets anders wilde. Toen zijn kinderen eindexamen deden hielp hij ze vaak met wiskunde, iets waar hij steeds meer lol in kreeg. “ Ik heb vroeger aan de Koninklijke Militaire Academie (KMA) elektrotechniek gestudeerd en dus altijd veel te maken gehad met wiskunde. Toen ik mijn eigen kinderen hielp met hun examens merkte ik dat ik het leuk vond om met wiskunde bezig te zijn. Toen ik de keuze maakte dat ik eens wat anders wilde besloot ik, ook ingegeven door het lerarentekort, te gaan kijken of het werk als docent dan ook niet iets voor mij zou zijn. Via internet stuitte ik op het ASK (Aan de Slag voor de Klas) programma van de UvA waarbij mensen met een wiskundeachtergrond en minstens 10 jaar werkervaring binnen twee jaar worden opgeleid tot volwaardig eerstegraads wiskunde docent. Omdat ik de deeltijdopleiding kon combineren met mijn huidige baan besloot ik mij aan te melden.”
Paul werkt nog steeds deeltijd bij de Inspectie Leefomgeving en Transport en is de overige dagen bezig met zijn opleiding. Vorig jaar hield dat in dat hij meteen twee dagen in de week stage liep op een middelbare school en dat hij vier keer per jaar een week naar de UvA moest voor colleges. Momenteel zit Paul in zijn tweede jaar en dus mag hij zich, als alles goed gaat, over een aantal maanden officieel wiskunde docent noemen.
“Het werk als docent is intensief, maar zo anders dan de rest van mijn carrière. Elke dag is verschillend en het contact met de jeugd is onwijs mooi. Ik leer tijdens mijn opleiding niet alleen hoe je wiskunde goed overbrengt op de jeugd, maar ook veel over pedagogiek en vakdidactiek. Er komt veel meer kijken bij het lesgeven dan ik van tevoren had gedacht, en juist die randzaken maken het werken in het onderwijs zo leuk. Je bent elke dag bezig met leerlingen die in de bloei van hun leven zijn en die je nog daadwerkelijk dingen kan bijbrengen. Als ik op vrijdag een wiskunderaadsel op het bord schrijf en ik krijg maandag een foto te zien van een enthousiaste leerling die het raadsel heeft opgelost dan verschijnt er een grote glimlach op mijn gezicht. Het feit dat het lukt om jonge scholieren te inspireren is ontzettend mooi.”
Tijdens het ASK programma worden mensen die op latere leeftijd de overstap naar het onderwijs maken meteen in het diepe gegooid. Omdat zij over het algemeen al genoeg vakinhoudelijke kennis hebben starten zij meteen met het stagelopen op een middelbare school. Paul loopt zijn stage op het Coornhert Lyceum. “Ik heb binnen mijn school twee ervaren docenten die mij begeleiden binnen mijn opleiding. Iemand voor de bovenbouw en iemand voor de onderbouwklassen. Die begeleiding is erg fijn, zeker als je nog nooit voor de klas hebt gestaan. Vorig jaar nam ik lessen over van mijn begeleiders, nu heb ik ook echt twee eigen klassen. Mijn doel is om, nadat ik dit traject heb afgerond, wel full time aan de slag te gaan als leraar. Binnen twee jaar heb ik mij dan compleet omgeschoold. Het lijkt alsof een nieuw leven gaat beginnen, een leven als docent.”
Meer weten over het ASK programma aan de Universiteit van Amsterdam? Bezoek hun website of neem contact met ons op!
In de regio’s Zuid-Kennemerland en Groot-Amsterdam zijn in totaal 42 scholen voor voortgezet onderwijs te vinden.
Is het voortgezet onderwijs echt iets voor jou? Of past eigenlijk het primair onderwijs (PO) of het MBO beter bij je? Meer info vind je hier.
Ook in de regio’s Groot-Amsterdam en Zuid-Kennemerland is er in het voortgezet onderwijs al geruime tijd sprake van een lerarentekort. De scholen hebben veel moeite om bevoegde docenten te vinden voor de vakken:
– Duits
– Frans
– informatica
– klassieke talen
– natuurkunde
– Nederlands
– scheikunde
– wiskunde
De komende jaren gaan veel leraren met pensioen en is de instroom in de lerarenopleidingen naar verwachting niet voldoende om deze vacatures op te vullen. Daardoor zal het lerarentekort in de regio waarschijnlijk nog verder toenemen.
In het voortgezet onderwijs in deze regio’s is er voor een klein aantal vakken ook een overschot aan docenten. Zo zijn er op dit moment al veel docenten geschiedenis en lichamelijke opvoeding op zoek naar een baan.
In de regio’s Zuid-Kennemerland en Groot-Amsterdam wordt intensief samengewerkt met de lerarenopleidingen van de Hogeschool van Amsterdam (HvA), de Universiteit van Amsterdam (UvA) en de Vrije Universiteit (VU).
Hogeschool van Amsterdam (HvA)
E: studievoorlichting@hva.nl
T: 020 – 595 1405 (werkdagen 9.30 – 13.30u)
Universiteit van Amsterdam (UvA)
E: Vragen kunnen gesteld worden via dit formulier
T: 020 – 525 1251 (werkdagen van 9 – 17u)
Vrije Universiteit (VU)
E: lerarenopleidingen@vu.nl
T: 020 – 598 92 10 (maandag tot woensdag van 10-12u)
Nieuwe podcast: beleef het eerste jaar voor de klas mee door de ogen van twee starters.
GA NAAR DEZE LINK
Talent als Docent biedt zij-instromers, in de voorbereiding op hun geschiktheidsonderzoek, ondersteuning bij de samenstelling van het portfolio.
We bieden deze begeleiding individueel en in groepsverband.
Zij-instromers die hier interesse in hebben, kunnen zich melden via ons contactformulier.
Talent als Docent was op NH radio én op Haarlem 105. Hieronder zijn beide interviews te beluisteren!
Het ministerie van OCW, de Vereniging Hogescholen en VSNU tekenden op 12 oktober een samenwerkingsovereenkomst voor flexibelere lerarenopleidingen. Het hoofddoel is dat (zij-)instromers een lerarenopleiding volgen die rekening houdt met ervaring en die vrijstellingen geeft waar dat kan. Leraren in opleiding krijgen een gepersonaliseerd opleidingstraject en worden ondersteund vanaf de oriëntatie en intake en gedurende de opleiding. Dit vergt extra inspanning van de opleidingen, maar ook van de opleidings- en stagescholen.
In de afgelopen jaren hebben hogescholen en universiteiten al hard gewerkt om lerarenopleidingen beter en aantrekkelijker te maken. Met dit bestuursakkoord kan de ingeslagen weg worden vervolgd. Dat leidt ertoe dat scholieren in ons land in de komende jaren meer en betere leraren krijgen.
Zoals bekend is er een lerarentekort dat de komende jaren nog dreigt op te lopen. Gelukkig is de belangstelling voor de lerarenopleidingen flink toegenomen. De flexibiliseringsagenda maakt het mogelijk de opleidingen aantrekkelijker te maken en te houden. Het duurt echter nog een paar jaar voordat de eerstejaars van nu zelfstandig voor de klas staan. Gelukkig zijn er ook steeds meer volwassenen met werkervaring geïnteresseerd in een overstap naar een functie in het onderwijs. Deze groep moet uitgedaagd en begeleid worden. Flexibele opleidingen die beter aansluiten bij de zij-instromers is nodig om deze groep vast te houden.
Wil je leraar worden dan moet je goed ondersteund worden om een gepersonaliseerd opleidingstraject te kunnen volgen. Zo wordt er extra aandacht besteed aan de ervaring van de zij-instromer, wat kunnen hij of zij al en waarvoor kunnen vrijstellingen gegeven worden. Het is van belang om vanaf de oriëntatie en intake tot bij het daadwerkelijk starten op scholen de juiste begeleiding te bieden. Dat vergt extra inspanning van de opleidingen, maar ook van de scholen. Deze begeleiding moet leiden tot minder uitval van studenten en met name zij-instromers. Naast de begeleiding wordt er ook gekeken naar het aantrekken van nieuwe doelgroepen, bijvoorbeeld zij-instromers met een academische vooropleiding die in het primair onderwijs willen gaan werken.
Hogescholen en universiteiten gaan door dit nieuwe akkoord meer samenwerken en de ervaringen die verschillende opleidingen al hebben op het gebied van flexibel opleiden worden actief gedeeld. Opleidingen gaan samen aan de slag om lerarenopleiders te professionaliseren in zaken als didactiek en begeleiding voor volwassenen. De lerarenopleidingen willen daarnaast een aantrekkelijk aanbod neerzetten om leraren te blijven professionaliseren en begeleiden, niet alleen tijdens de opleiding maar ook als zij al aan het werk zijn. Ook wordt er meer samengewerkt met het primair- en voortgezet onderwijs en het middelbaar beroepsonderwijs zodat de kennis in de opleiding ook past bij de praktijk waar leraren mee te maken krijgen.
Bron: Website Rijksoverheid